Jeugdopleiding 2.0

In het Strategisch plan 2020 van de KNHB is ‘Een leven lang hockey’ opgenomen als pijler met daaraan gekoppeld de ambitie voor de ‘Nederlandse speelstijl’ die als volgt is beschreven: snel, creatief, aanvallend hockey met een solide verdedigende basis, als individu in een team! De uitwerking van deze ambitie is in het seizoen 2017-2018 landelijk onderwerp van gesprek geweest. In 2017 heeft prestatiemanager Joost van Geel de uitgangspunten van de nieuwe Visie op de ontwikkeling van hockeyers uit de doeken gedaan. Verleden jaar heeft hij met manager Expertisecentrum Karien Meuleman toegelicht hoe de KNHB invulling geeft aan de zes uitgangspunten die de KNHB heeft geformuleerd (figuur 1). Wat kan de vereniging hier anno 2020 mee? We vroegen aan Nathan Kipp, Senior medewerker Expertisecentrum Technisch Kader en voormalig Technisch Manager bij Hockeyclub Tilburg, hoe hij de vertaalslag van de KNHB naar de verenigingen ziet.

Figuur 1: Zes uitgangspunten KNHB

Gratis Basisopleiding
Het Sportakkoord uit 2018 stelt competentiebevordering bij sportclubs centraal. Want als het kader competenter wordt, dan wordt de structuur binnen clubs versterkt en krijgt de opleiding van spelers een positieve impuls. In het verlengde van het Sportakkoord, en om de visie naar de verenigingen te brengen, heeft de KNHB een Basisopleiding voor beginnende trainers en coaches voor de CDEF-jeugd ontwikkeld. Deze opleiding wordt gratis aan de verenigingen aangeboden. Kipp: “De reacties uit het land hebben onze stoutste verwachtingen overtroffen. Ruim 260 clubs hebben ingetekend. Voor dit seizoen staan er nog 30 bezoeken aan clubs in de boeken.”

De deelnemers van de participerende verenigingen komen in de eerste workshop in aanraking met de nieuwe visie op de ontwikkeling van hockeyers van de KNHB en praten mee over welke elementen hun club het beste kan overnemen en hoe ze dat vorm wensen te geven. “We krijgen van de leercoaches terug dat de nieuwe visie met enthousiasme wordt omarmd. Men ziet de toegevoegde waarde om niet een kampioenschap centraal te stellen, maar als club mee te helpen aan de persoonlijkheidsvorming van de leden. Denk aan leren samenwerken, elkaar waarderen en successen vieren, maar ook tegenslagen verwerken, doelen leren stellen en daarmee om te gaan et cetera. Wel vinden de aanwezigen het best lastig om concrete acties te benoemen om deze visie ten uitvoer te brengen.”, aldus Kipp.

Bron: KNHB/Koen Suyk

“De KNHB legt haar visie niet op maar zoekt de dialoog op”

Zelfstandig keuze maken
De KNHB heeft een visie ontwikkeld omdat er diverse nieuwe inzichten zijn op het gebied van de ontwikkeling van mensen. De KNHB wil net als veel andere bonden daar een bijdrage aan leveren met als doel de sporters zo veel mogelijk plezier te laten halen uit hun sport én zich optimaal te laten ontwikkelen, ieder op zijn of haar niveau. “Wij willen niet onze visie aan de clubs opleggen”, vervolgt Kipp, “maar juist met hen in gesprek gaan en daarbij onderbouwd uitleggen waarom wij in onze huidige visie geloven. In onze visie staat het zelfstandig leren om de juiste keuze te maken centraal. Dan is het niet aan ons om de clubs te vertellen wat goed voor hen is. Wel merken we dat veel verenigingen het best lastig vinden om de juiste interventies in te zetten.”

Met dit artikel proberen we het kader handvatten mee te geven die een sleutelrol kunnen spelen in het succesvol inrichten van een florerende jeugdopleiding. Dat betekent in grote lijnen dat het belangrijk is om de houding (dat wat je als vereniging voorstaat) en het gedrag (dat wat je daadwerkelijk doet) overeen te laten komen. Zo zijn er verenigingen die in hun beleid aangeven dat ieder lid even belangrijk is, maar vervolgens wel het meeste geld uitgeven aan een eerste team waardoor de overige teams het moeten doen met een welwillende vrijwilliger als trainer.

Herkenbaar beleid voor iedereen
Om alle leden te inspireren is het van belang een visie met tastbare doelstellingen te formuleren waarin de leden zich herkennen én er zelf iets mee kunnen; stel daarom binnen het beleid het proces centraal. Focus je niet op de uitkomsten. Je kunt een wedstrijd weliswaar gewonnen hebben, maar tegelijkertijd niet goed gespeeld hebben. Daarnaast heb je meer invloed op de eigen inspanning boven die van het resultaat van de wedstrijd.

Een voorbeeld van een doelstelling voor de opleiding zou dan kunnen zijn:
De opleiding dient er voor te zorgen dat spelers met plezier op het veld staan en zich mede daardoor op hun eigen tempo kunnen ontwikkelen tot complete hockeyers. Hierbij willen wij iedereen binnen de gestelde kaders van de vereniging stimuleren zoveel mogelijk zelfstandige keuzes te maken, passend bij hun leeftijd en mogelijkheden. Als vereniging creëren wij een veilige en inspirerende omgeving die voorwaardelijk is voor een goede ontwikkeling.

Als de vereniging dit strategische doel wil realiseren voor haar opleiding, dan is het van belang dat de bestuurder met een aantal cruciale invullingen rekening houdt. Want dit betekent dat ieder lid gelijke kansen verdient. Zo moet er voor ieder team een passende trainer en coach aangesteld te worden, en is een breedte sporter niet een melkkoe om bijvoorbeeld topsport binnen de verenigingen mogelijk te maken. Selectieteams spelen altijd op het hoofdveld terwijl een breedte team vaak voor hun gevoel de zandbak mag opzoeken. Organiseer het zo dat het aanbod voor iedereen min of meer gelijk is. Kipp vult aan: “Zorg voor een gelijk(waardig) trainingsaanbod. Als het selectieteam drie keer in de week traint en het breedte team slechts éénmaal, dan haal je de illusie weg voor de breedte sporter met ambitie om ooit nog eens het eerste team te bereiken. Wees erop gespitst dat elk lid zich uitgedaagd en serieus genomen voelt.”

“Leer de speler om eigen keuzes te maken”

Bron: KNHB/Willem Vernes

Succesbeleving staat centraal
Niemand wordt beter van continu commentaar krijgen of te horen dat hij het niet goed doet. Niemand ontwikkelt zich als hij alleen maar moet doen wat de coach opdraagt of constant op de bank zit om alleen te mogen invallen als een goede speler van het team geblesseerd raakt. Zorg er daarom voor dat elke speler aan spelen toekomt, eigen creativiteit kan aanspreken en kan leren van zijn fouten. Een veilige en krachtige leeromgeving is daarom een absolute voorwaarde voor spelers om te experimenteren, zichzelf uit te dagen en nieuwsgierig te worden naar nieuwe kansen. Niets is leuker dan te ervaren dat wat je eerst nog niet beheerste nu wel realiseert. Succesbeleving en de kans om nieuwe dingen te ontdekken zijn de katalysatoren voor verdere ontplooiing én voor spelers een reden om lid te blijven.

Het belang van de biologische leeftijd
In de eerste workshop van de Basisopleiding gaan de aanwezigen een discussie met elkaar aan over het fenomeen groeispurt en wat dat voor invloed heeft op de opleiding. Ik (red.: Lutger Brenninkmeijer) zie bij het geven van deze workshop de aanwezigen in het begin met gefronste wenkbrauwen zitten. “Waar gaat dat heen?”, is van hun voorhoofden te lezen. Kipp: ”Dat klopt en dat hebben we bewust zo gedaan. Als je naar de ontwikkeling van personen kijkt, dan is de groeispurt een fase waarin veel processen veranderen en die de pubertijd markeert: zo wordt de belastbaarheid van het lichaam anders, ontwikkelen de energiesystemen in het lichaam, zijn er veel mentale veranderingen (zo willen kinderen dan meer hun eigen keuzes gaan maken en loskomen van de ouders en wordt er bij de overgang naar de middelbare school meer van hen verwacht). Als we de ontwikkeling van de spelers centraal stellen in de opleiding, dan is het heel belangrijk dat je de ontwikkelingsfases herkent en daar passend op acteert. Met deze discussie willen we de aanwezigen bewust maken van de veranderingen bij spelers en dat zij daar bewust mee om moeten gaan.”

Figuur 2: Sportfases van het LTAD-model, vertaald naar gedragingen binnen de vereniging

Er zijn in grove lijnen drie fases (figuur 2):

  • De pre-puberale fase (basisonderwijs): in deze fase is het belangrijk om kinderen zoveel mogelijk te faciliteren, zodat ze de hockeysport omarmen. En dat ze positief zullen beslissen, zodra ze op latere leeftijd zelf de keuze maken om wel of niet door te gaan met hockey. Op dit moment stopt een derde van de jongens en twee derde van de meisjes in de middelbare school leeftijd. Ze vinden het niet meer leuk doordat ze teveel druk ervaren en onvoldoende uitgedaagd worden. In deze fase is het rechtvaardigheidsgevoel erg groot. Leer ze daarmee om te gaan door spelers met hetzelfde niveau en dezelfde kwaliteiten niet altijd bij elkaar te zetten. Leer hen dat iedereen verschillende kwaliteiten heeft, dat ze elkaar daarvoor moeten leren waarderen. Deze fase noemen we ook wel de talent herkenning fase: faciliteer voor de kinderen de basis en kijk hoe ze daarmee omgaan (figuur 3: selection by provision). Train bijvoorbeeld alle teams uit een categorie tegelijk waardoor het inlassen van thema trainingen makkelijk gaat, je trainers simpel kunt uitwisselen en groepen makkelijk kunt hergroeperen op basis van biologische leeftijd. Laat ze vooral spelenderwijs kennis maken met de sport. Deze speelse manier van oefenen zorgt ervoor dat vaardigheden sneller aangeleerd worden en dat de intrinsieke motivatie (de motivatie vanuit het kind zelf om iets te doen) zich beter ontwikkelt. Daarnaast leert ervaring ons dat, als je op vroege leeftijd gaat specialiseren en selecteren, de uitval naar verhouding hoger wordt.
  • De adolescente fase (middelbaar onderwijs): kinderen komen langzaamaan meer los van hun ouders en zien hun vrienden meer als ‘peer group’. Ze zijn op deze leeftijd beter in staat om aan te geven waar hun ambities en voorkeuren liggen. Ze gaan nu ook zelf kiezen voor prestatiehockey of toch liever voor een vriendenteam. Hier gaan behoeftes van elkaar verschillen. Speel daar als club op in en luister goed naar de behoeftes. Als ze graag met vrienden in een team willen, selecteer deze groepen dan niet. Dan jaag je de tieners van de club af. We noemen deze fase ook wel de ‘talent ontwikkeling fase waarin we meer differentieel en trainingsgericht aan de slag gaan. Beoordeel daarnaast de spelers niet op hun kunnen maar op hoe ze het toepassen (maken ze de juiste keuzes?).
  • De volwassen fase (18+): in deze fase verlaat de sporter de jeugdopleiding en kiest bij de senioren voor selectie sport of breedte sport. Ieder individu bekwaamt zich op een andere wijze in de sport, ook wel de talent perfectionering fase genaamd.

Figuur 3: Kijk op een andere manier naar sporters: beoordeel niet hun kennis en vaardigheden maar de toepassing ervan.

“Creëer een horizon voor je kader”

Investeer in kader
Trainers en coaches zijn de ambassadeurs van het gemaakte beleid. Zij moeten in staat zijn om de keuzes van de vereniging herkenbaar te laten zien in hun handelen. Dat is een hele uitdaging als de club de speerpunten, die in dit artikel zijn benoemd, wil nastreven. Dat vraagt derhalve meer dan een bal het veld ingooien of een wisselschema maken. Het vraagt zelfs meer van het kader dan het hebben van hockey inhoudelijke kennis. Het gaat hier om begrijpen wat hun rol is en hoe ze daaraan als kader optimaal vorm kunnen geven. Ik (red.: Lutger Brenninkmeijer) leg besturen vaak uit: door een veld word je niet kampioen, maar wel door goed kader. Kipp: “Ik begrijp heel goed dat spelen op een waterveld een geweldige ervaring is, maar staar je er als club niet blind op. De KNHB biedt opleidingen aan voor elk gewenst niveau en organiseert al zes jaar Technisch Management opleidingen. Goed beslagen ten ijs komen doe je vandaag de dag niet meer op basis van eigen ervaring uit het verleden. Goed leiding geven vraagt, naast inhoudelijke kennis, ook inzicht in hoe mensen zich het beste ontwikkelen. En vergeet niet de benodigde vaardigheden om op een juiste manier in verbinding te staan met de spelers. Onderschat deze rol binnen de vereniging niet. Kinderen die stoppen geven als belangrijkste argument dat ze het niet meer leuk vinden omdat ze teveel moeten. Geef als vereniging prioriteit aan het opleiden en het begeleiden van kader. Geef vrijwilligers eveneens een horizon en help hen bij het uitoefenen van hun taken. Maar al te vaak worden coaches en trainers aan hun lot overgelaten met als gevolg dat zij aan het einde van het seizoen teleurgesteld stoppen. Een bedrijf dat investeert in het personeel behoudt hen. Doe dat op een vereniging ook! En, niet minder belangrijk, wissel begeleiding ook af. Het is voor de ontwikkeling van spelers goed als zij om de paar jaar een nieuw gezicht voor de groep zien. Dit werkt verfrissend want elke begeleider heeft weer zijn eigen kwaliteiten en aanpak. Zet hem in zijn kracht door goed te kijken bij welke leeftijdscategorie hij de meeste meerwaarde heeft. Dit is in het belang van zowel de speler als de begeleider!”

“If you pay peanuts you get monkies”

Figuur 4: Deliberate play en -practice

Consequenties voor de club
Dat betekent ook dat de club vacatures niet invult op basis van beschikbaarheid maar op basis van kwaliteit. Durf kritisch te zijn aan wie je een team toevertrouwt. Het is heel makkelijk om weer een vinkje te kunnen zetten en het probleem van het bord te hebben, maar vraag je af of je daarmee de succesbeleving van de spelers bevordert. “Durf budget vrij te maken voor kader, stel eisen aan de kwaliteit ervan, beloon naar rato en maak middelen vrij om het kader zich te laten ontwikkelen.”, aldus Kipp.

Bron: KNHB/Willem Vernes

Een levendige club, daar wil je bij horen!
Mooie prestaties van het eerste team zijn geweldig voor een club en kunnen voor velen een inspiratiebron zijn. Het kan de leden ook dichter bij elkaar brengen. Maar uiteindelijk zijn dergelijke successen van korte duur. Kipp: “Wij vinden het veel belangrijker dat een club zich stabiel ontwikkelt en in lengte van jaren een plek is waar leden zich thuis voelen en kunnen excelleren in hun favoriete sport.”

Zorg er daarom voor dat je als club de volgende elementen de juiste aandacht geeft.

  • Creëer een veilige en krachtige leeromgeving waar spelers geïnspireerd en uitgedaagd worden zichzelf te ontwikkelen;
  • zodat ze richting volwassenheid hun eigen regie kunnen nemen en verantwoordelijk worden voor hun eigen keuzes;
  • waarbij een competent kader wordt opgeleid en begeleid dat begrijpt hoe spelers kunnen groeien;
  • in samenhang met ouders die niet hun eigen dromen projecteren, maar de ambitie en kwaliteiten van hun kind om zich te ontwikkelen stimuleren.

“Een halve puzzel is geen puzzel”

Tot slot
Dit proces staat niet meteen in de steigers. Rome is ook niet in één dag gebouwd. Maar als de vereniging dit proces centraal stelt, dan zullen de betrokkenen het vroeg of laat herkennen en de resultaten evenredig toenemen! Kipp: “Durf als bestuur te kiezen voor de lange termijn in plaats van voor succes op de korte termijn. Je bent er niet om de show te maken met hedendaagse successen, maar om de continuïteit van de vereniging te waarborgen en uit te bouwen.” Want wat je aandacht geeft groeit. We kunnen niet van ieder lid een internationale ster maken, maar hem wel laten schitteren!

Bronnen

Hockeyvisie artikelen

  • Hockeyvisie
Bekijk alle hockey visies

Deel deze pagina